Buiten staat een elektrische stadsbus geparkeerd onder een enorme snellader. Binnen een gigantische elektrische truck. In een ander vertrek een elektrische BMW en Porsche naast een splinternieuwe Terra 360: ’s werelds snelste lader. Bij de klimaatkamers waar getest wordt bij temperaturen van -40 tot +70 brandt een rode lamp: in bedrijf. Welkom in het ABB E-mobility Innovation Lab: het nieuwe gebouw van ABB op de TU Delft Campus waar slimme laadsystemen en laad-infrastructuren worden ontwikkeld die de groei van elektrisch vervoer mogelijk maken.
Vol trots loopt Dennis Brouwer, Product Marketing Director E-mobility, door het pand. “Het past als een handschoen. Iedereen komt hier graag.” In het slim ontworpen pand zitten de testruimtes op de begane grond en tweede verdieping. Daartussenin, op de middenverdieping, zijn de kantoren en kantine. Een bewuste keuze, vertelt hij aan de koffietafel in het hart van het nieuwe pand. “Het is open en transparant, en bevordert de communicatie tussen de medewerkers.”
Ontmoetingsplek
Het is een ontwerp dat tijdens corona meteen zijn meerwaarde bewees, nu veel mensen nog thuiswerken. “Het wordt nog veel meer een ontmoetingsplek. Die openheid werkt lekker.” Het is ook belangrijk: zo’n fijne werkplek heb je nodig in de ‘war for talent’. Ook het pand van Firma van Buiten dat een paar honderd meter verderop verrijst, zal de kwaliteit van werken verhogen.
Brouwer was verantwoordelijk voor de realisatie van het ABB E-mobility Innovation Lab. Nu het pand is opgeleverd, focust hij zich op de Nederlandse markt voor laadsystemen. Hoewel gloednieuw, kent het gebouw Delftse roots. Brouwer is afkomstig van Epyon, de startup (opgericht door een aantal Delftse studenten) die in 2005 de eerste snellader ontwikkelde. Het bedrijf werd in 2011 onderdeel van ABB. Na een periode in Rijswijk, is het Innovation Lab nu weer terug op de plek waar het allemaal begon.
“We hebben een ‘mission to zero’ als bedrijf – en met elektrificatie kan je een grote stap zetten”
Dennis Brouwer
Product Marketing Director E-mobility
Groei elektrisch vervoer
“Voor veel mensen is het bekend terrein, er lopen veel oud-studenten rond.” Deze nabijheid van talent is een belangrijke reden dat ABB voor de TU Delft Campus heeft gekozen, naast de geografische ligging in de buurt van twee vliegvelden, goede OV-verbindingen en de onderzoeksmogelijkheden. Veel afstudeerders, stagiairs en technische studenten op zoek naar een bijbaantje weten ABB te vinden. Ook is de multinational betrokken bij verschillende onderzoeksprojecten van de TU Delft en werkt het samen met fieldlabs; zo is het partner van RoboHouse.
Het Innovation Lab speelt een belangrijke rol in de groei van elektrisch vervoer. De komende tien jaar zullen in Nederland naar verwachting 300 duizend wisselstroom- en 40 duizend gelijkstroomsnelladers moeten worden geplaatst om te kunnen voldoen aan de toekomstige laadbehoefte. Intussen groeit de actieradius van elektrische voertuigen, waardoor de laadcapaciteit die nodig is toeneemt en zwaarder eisen aan de laadsystemen worden gesteld. Het Innovation Lab speelt een belangrijke rol om deze groei mogelijk te maken.
Smart charging
De oplossingen worden ontwikkeld samen met autofabrikanten en installateurs. Het draait daarbij om ‘smart charging’. Overal worden laadpunten aangelegd, variërend van lichte thuisladers tot zware ‘snellaadpleinen’ voor trucks. “Achter die laadpunten zit technologie die ervoor moet zorgen dat het juiste voertuig op de juiste snelheid wordt opgeladen, er meerdere voertuigen tegelijkertijd opgeladen kunnen worden en er geen overbelasting plaatsvindt”, zegt Brouwer. “Smart charging noemen we dat, waarbij ook monitoring van de systemen en afrekening van energieverbruik belangrijke aspecten zijn.” In het nieuwe lab worden deze systemen ontwikkeld en getest.
Hiermee speelt ABB ook een rol in de energietransitie. “We hebben een ‘mission to zero’ als bedrijf”, vertelt Brouwer. “Wereldwijd zorgt vervoer voor bijna een kwart van alle co2-uitstoot. Met elektrificatie kan je een grote stap zetten, en wat wij doen draagt daaraan bij: zorgen voor goede laadinfrastructuur om al die voertuigen te kunnen opladen.”
Slim gebouw
Die ‘mission to zero’ vertaalt zich ook terug in het ontwerp van het nieuwe gebouw. Het wordt verwarmd en gekoeld door een warmte- en koude-opslag van Suenso, een bedrijf dat is gelieerd aan de TU Delft. Het energieverbruik wordt verder gereduceerd door zonnepanelen op het dak. De klimaatkamers, die veel warmte uitstoten zitten op de bovenste verdieping, zodat de hitte snel kan worden afgevoerd. Het energieverbruik wordt continu gemonitord en pieken in de belasting worden opgevangen met de inzet van batterijen. Dat scheelt aanzienlijk in de kosten.
Het gebouw is volledig geautomatiseerd: de luchtvochtigheid wordt continu gemonitord en aangepast aan de bezetting. Het gebouwmanagement- en klimaatsysteem zijn uiteraard van ABB, zoals eigenlijk alles. Zelfs de groene bordjes voor de nooduitgang zijn ‘inhouse’ geleverd.
Campus als proeftuin
Het testen gebeurt uiteraard binnen de muren van het nieuwe gebouw, maar Brouwer ziet de TU Delft Campus zelf ook als ideale proeftuin. Hij ziet kansen voor de aanleg van laadpalen bij nieuwbouw in het gebied, zoals NEXT Delft. “Het zou prachtig zijn als we daar 25 laders kunnen aanleggen, waarmee we ook kunnen testen. Daarmee kunnen we een paar afstudeerders aan een leuke opdracht helpen!”
Bijvoorbeeld: je geeft gebruikers van de laadpaal een app waarin ze kunnen aangeven hoe laat ze van plan zijn naar huis te gaan. Het systeem berekent vervolgens hoeveel netcapaciteit die nodig is om alle medewerkers met een volle accu naar huis te laten gaan. “Dat kan een kostenbesparing opleveren, maar ook tot lokale overbelasting leiden van het net, afhankelijk van de voorkeuren. Zoiets kun je op die manier goed testen.” Daarnaast levert de gebruikservaring waardevolle informatie op. “Gaan mensen zo’n app überhaupt gebruiken?”
Blijven vernieuwen
Nieuwe dingen uitproberen, het is de rode lijn in de carrière van Brouwer. “Ik wil altijd nieuwe dingen doen en toen ik hier tien jaar gelden aan begon had ik niet gedacht dat ik hier nog steeds zou zitten”, besluit hij. “Maar het wordt steeds gaver, groter en we blijven vernieuwen. Daarnaast dragen we bij aan de energietransitie. Ik doe wat ik leuk vind en draag ook een steentje bij aan een betere wereld, wat wil je nog meer?”