De toekomst is autonoom. Zelfrijdende auto’s gaan zelf parkeren en dat betekent ook dat ze zichzelf gaan opladen. Maar hoe? De startup Rocsys ontwikkelt een pompbediende voor dit nieuwe tijdperk: een robot die jouw Tesla aansluit op het laadstation. “Je moet het zien om te begrijpen hoe gaaf dit is.”

Crijn Bouman, CEO van Rocsys, haalt me op in de ruime centrale hal van het voormalige Biotechnologiegebouw. In dit statige pand waren vroeger laboratoria gevestigd, maar nu gonst het er van een heel ander soort bedrijvigheid. Ruim twee dozijn roboticabedrijfjes werken hier onder de vleugels van RoboValley, het centrum van robotica-innovatie op de TU Delft Campus. Bouman neemt me mee naar de werkplaats van Rocsys, waar het team werkt aan een ‘zachte’ robotarm die elektrische voertuigen kan opladen. Deze arm kijkt eerst heel zorgvuldig en tast de auto voorzichtig af. Verzekerd van een goede aansluiting wordt de stekker rustig maar doelgericht aangesloten.

Bouman is er van overtuigd dat elk laadpunt voor elektrische auto’s uiteindelijk een automatisch laadpunt gaat worden. Omdat in de nabije toekomst elk voertuig zichzelf gaat parkeren. En dat opladen? ‘Dat gaat onze robotarm doen’, zegt Bouman met een brede glimlach.

Rustig en bedachtzaam

Rocsys combineert nieuwe maar gangbare technologie met elkaar. Het resultaat: een veilige robot die oog heeft voor de omgeving en constant leert. Dat laatste is belangrijk, legt Bouman uit. ‘In een fabriek zijn de omstandigheden qua licht, zicht en temperatuur heel constant. Buiten is het in vergelijking chaos. Bij onze robotarm moeten mensen in de buurt kunnen komen. Daarnaast moet de camera kunnen omgaan met fel licht, regen, sneeuw en andere wisselende omstandigheden’.

Rocsys maakt gebruik van moderne, maar betaalbare techniek. Gangbare componenten houden de materiaalkosten van de arm laag. Hierbij helpt dat de techniek zich razendsnel ontwikkelt. ‘Camera’s en processoren worden met de dag goedkoper en de software steeds beter. Camera’s die vijf jaar geleden duizenden euro’s kosten, heb je nu voor een paar honderd euro. Het mooie is, we werken met cutting edge techniek, maar het werkt op goedkope hardware die ook buiten kan staan.’

Zachtaardige robots

Bouman heeft ruime ervaring met elektrisch laden. Zijn start-up Epyon ontwikkelde een snellaadstation voor elektrische auto’s, ver voor de markt uit. Succes volgde naarmate er steeds meer elektrische auto’s op de weg kwamen en het bedrijf werd overgenomen door het Delftse ABB. Bouman ging bij ABB aan de slag, maar na 6 jaar begon het ondernemen toch weer te kriebelen. ‘Als mentor bij YES!Delft kwam ik Joost van der Weijde tegen. Hij houdt zich bezig met ‘soft robotics’ robots gemaakt van heel zachte materialen, die hierdoor een stuk veiliger zijn in gebruik.. Joost is momenteel ook bezig met een PhD op dit onderwerp bij de TU Delft. Traditioneel is robotica namelijk gericht op zwaar werk in fabrieken waar mensen alleen bij in de buurt komen als de robots stil gelegd worden.’

Wittebroodsweken

‘Joost overtuigde me dat zachte robotica de oplossing voor een zelfladende auto zou kunnen zijn. Terwijl we hiermee aan de slag gingen, liepen we Kanter van Deurzen tegen het lijf. Hij was CTO en mede-ondernemer bij Fizyr, dat eveneens onderdeel is van RoboValley. Fizyr richt zich op deep-learning software voor onder andere order-picking met robotica. Kanter weet gigantisch veel van computer vision: het bekijken en verwerken van beeld door software en AI. Met Kanter was het plaatje compleet: kennis van het opladen van elektrische auto’s, zachte robotica en computer vision. Lacht: ‘we hebben eerst als het ware een paar maanden met elkaar gedate om te kijken of het werkte. Pas daarna zijn we verder gegaan.’

Van de tekentafel naar de buitenwereld

Essentieel voor een project als dat van Rocsys is testen: meters maken ‘in het wild’. Hier speelt The Green Village, het Delftse fieldlab voor duurzame innovatie, een belangrijke rol. Rocsys test hier de robotarm, wat hun R&D enorm heeft geholpen. ‘The Green Village heeft ons tot nu toe altijd fantastisch geholpen en we blijven er graag nog een poosje voor de doorontwikkeling van onze robotarm. Naast de praktische zaken, zoals het feit dat je er heel vrijuit kunt werken en testen, is The Green Village voor ons ook een fantastisch uithangbord om klanten mee naartoe te nemen. Zoals ik eerder al zei, seeing is believing. Die robotarm die een oplaadstekker in een auto stopt, je moet het met eigen ogen zien.’

Van de niche naar de massa

Net als tijdens zijn vorige start-up loopt Bouman met de robotarm van Rocsys voor op de feitelijke markt. ‘De zakelijke markt is een ‘niche’, maar de potentie is enorm. Hierna volgt de particuliere markt. De volgorde is logisch, aldus Bouman. ‘Het grootste obstakel voor zelfopladende voertuigen is de wetgeving rondom autonoom rijden. Het zou heel gaaf zijn als we hierna bijvoorbeeld aan de slag kunnen met autonome laadpunten in parkeergarages.’

De campus als ecosysteem

Rocsys onderstreept de meerwaarde van de Delftse campus voor de groei van zijn bedrijf. Er zijn warme banden met verschillende faculteiten, waaronder 3mE. Diverse studenten werken parttime bij het bedrijf en twee werknemers werden via RoboValley gevonden. Bouman: ‘corporates zijn goed in beeld bij studenten, start-ups veel minder. Wij leren graag zoveel mogelijk mensen op de campus kennen, want voor ons is het een belangrijke bron voor nieuwe medewerkers en partnerships.’ Kijk alleen al naar het belang van fysieke nabijheid. Voor de high-tech sector geldt dat som meer waard is dan de delen. Silicon Valley heeft dit overtuigend bewezen.’

‘Delft doet mee in de wereldtop wat betreft start-ups en je weet dat een aantal van die bedrijven gaan vliegen – die wil je dichtbij houden. De campus speelt daar een grote rol in.’ Bouman is ook bijzonder in zijn nopjes met RoboValley. ‘Er zit gigantisch veel kennis in dit pand. Je kan eenvoudig apparatuur van elkaar lenen en meedenken over lastige vraagstukken. Het pand van YES!Delft is ook interessant voor ons, maar nu zitten we in een robotica fieldlab – beter kan niet voor ons. Het is toevallig zo gelopen, maar heeft fantastisch uitgepakt.’